In de zomer van 2017 bezocht ik het Tropique du Papillon in Elne.
Binnen in het Tropique is een tropische vlindertuin die zeer de moeite waard.
Buiten is een tuin aangelegd met planten die voor vlinders aantrekkelijk zijn.
Toch zitten in de buitentuin nauwelijks vlinders, zelfs niet op de altijd zo populaire Buddleja davidii (vlinderstruik).
Het probleem is ..... dat er rond Elne veel landbouw is en het landbouwgif is dodelijk voor vlinders.
Dat is de droevige realiteit. Daar waar de menselijke “cultuur” aan het werk is,
moeten de vlinders wijken.
Die vinden hun laatste toevluchtsoord in de bergen en in gebieden met weinig mensen.
Ze kunnen alleen nog daar leven waar geen
ontwrichtende activiteiten zijn en geen
ambtelijke stompzinnigheid.
Deze website is gewijd aan de bergdorpjes Corsavy en Montferrer in de Franse Pyrénées-Orientales, waar de rijkdom aan vlinders nog groot is.
Vlinders hebben licht nodig, zon om op te warmen en bloemen om zich met nectar te voeden.
Bij een oerbos stellen we ons een dicht woud voor, maar het tegendeel is waar.
In een oerbos komen van nature de omzoomde open plekken voor die vlinders nodig hebben, ook de vlindersoorten die in bossen leven.
Met de vernietiging van het oerbos en de aanplant van eentonige dichte naaldbossen, zijn vlinders
afhankelijk geworden van omzoomde open plekken in cultuurlandschappen en van een
juist beheer
(pdf).
We vinden in Corsavy en Montferrer dan ook de meeste vlinders:
• langs bospaden die ruwweg worden opengehouden (zonder dat men er teveel aandacht aan schenkt of er een burgerlijk tuintje van maakt)
• op plekken met begrazing (maar geen overbegrazing) zoals op de open en half-open plekken rond de Col de la Descargue
• op rotsachtige plekken, die van nature open of half open zijn
• op plekken met hoog gras, zoals op de camping onder de vorige eigenaar
Een rol spelen ook de wolken die zich rond de Canigou (2784 m) verzamelen. In de Franse Pyreneeën is duidelijk meer neerslag dan aan de Spaanse kant.
We vinden rond Corsavy op grotere hoogte een groot aantal bergstroompjes en enkele watervallen.
Corsavy en Montferrer liggen in het departement Pyrénées-Orientales in Frankrijk.
In dat departement zijn 186 soorten dagvlinders waargenomen
en 1541 soorten nachtvlinders.
Op deze website vindt u 104 soorten dagvlinders, waarvan 3 met een vraagteken bij de determinatie.
Verder zo’n tweehonderd soorten nachtvlinders.
Waarschijnlijk komen er veel meer nachtvlinders voor dan ik tot dusver heb gefotografeerd.
De volgende soorten dagvlinders zijn gerapporteerd voor
Corsavy en
Montferrer
maar heb ik (nog) niet kunnen fotograferen:
• Anthocharis euphenoides (Geel oranjetipje)
• Charaxes jasius (Pasja)
• Cupido argiades (Staartblauwtje)
• Nymphalis polychloros (Grote vos)
• Polyommatus thersites (Esparcetteblauwtje)
De Valse bosparelmoervlinder wordt inmiddels beschouwd als een aparte soort, maar is moeilijk te onderscheiden van de verwante bosparelmoervlinder (Melitaea athlalia):
• Melitaea (celadussa) nevadensis (Valse bosparelmoervlinder)
Verder heb ik deze soort gezien (naar ik aanneem) maar niet gefotografeerd:
• Thecla betulae (Sleedoornpage) op een wandeling zonder camera, wat inderdaad het toppunt van domheid is
Als alle waarnemingen en determinaties kloppen, dan komen we voor Corsavy en Montferrer op een totaal van 111 soorten dagvlinders.
Dat is tweemaal zoveel als in heel Nederland voorkomen !
Bij verschillende soorten vlinders op deze website is aangegeven dat ze:
• op een andere soort lijken, of
• moeilijk te onderscheiden zijn van een andere soort, of
• niet te onderscheiden zijn van een andere soort.
Hiermee is bedoeld de determinatie op visuele kenmerken, zoals aan de hand van een foto.
Vlindersoorten zijn in zulke gevallen wel te onderscheiden door inspectie van de genitaliën
of door DNA-onderzoek.
Maar dat laat ik liever over aan wetenschappers.
Het probleem bij de determinatie van moeilijk te onderscheiden vlinders is dat de natuurlijke variatie in
een soort groter kan zijn dan het soms vage visuele determinatie kenmerk.
Bij de moeilijk te onderscheiden soorten is de zekerheid van determinatie op uitsluitend visuele kenmerken in
dit onderzoek 50 tot 70 %.
Zelfs bij gelijkende soorten met duidelijk onderscheidende kenmerken is de zekerheid van determinatie op visuele kenmerken
niet altijd absoluut.
In dit onderzoek
tussen de Koningspage en de Spaanse koningspage is de trefzekerheid 85 tot 95 %.
De determinatie krijgt meer zekerheid als we ook andere kenmerken in ogenschouw nemen, zoals:
• de datum waarop we de vlinder aantreffen in relatie tot de voor de soort bekende vliegtijd
• het gebied waarin en de hoogte waarop de vlinder voorkomt
• het soort landschap waarin we de vlinder of de rups aantreffen
• het uiterlijk van de rups
• de waardplant, de plant waarop het vrouwtje haar eieren legt.
Geen van deze kenmerken is absoluut, het zijn indicatoren, die tezamen een goede determinatie bepalen.
Bij sommige soorten op deze website is een vraagteken gezet bij de determinatie of is een alternatieve soort gegeven.
Ik hou mij aanbevolen voor verbeteringen, suggesties, opbouwende kritiek.
Correspondentie per email
adriaan@adriaan.biz
of door het plaatsen van een bericht op de bij deze website behorende
Facebook pagina.